Categorie: Algemeen

‘Een burn-out is geen individueel probleem’

‘Een burn-out is geen individueel probleem’

Een burn-out komt in de beste bedrijven voor, maar wat valt eraan te doen als het eenmaal
zover is? Volgens Wilmar Schaufeli, arbeids- en organisatiepsycholoog aan de Universiteit
Utrecht, moet het opbranden van een collega in ieder geval niet worden gezien als een
individueel probleem.
Het aantal werknemers dat uitvalt door psychische klachten in Nederland groeit gestaag. Uit
cijfers van Capability, een van de grootste ziekteverzuim specialisten, blijkt dat 31 procent van
de verzuimdossiers te maken heeft met psychische klachten. In 2014 bedroeg dat percentage
‘slechts’ 19 procent. In datzelfde jaar luidde de GGD de noodklok: voor het eerst waren er meer
mensen arbeidsongeschikt door psychische klachten dan door lichamelijke ongemakken. Ruim
415.000 mensen zaten arbeidsongeschikt thuis vanwege een psychische aandoening of
gedragsstoornis, zo bleek uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek.
Volgens Wilmar Schaufeli, arbeids- en organisatiepsycholoog aan de Universiteit Utrecht, zijn er
verschillende redenen voor deze cijfers. ‘Er is niet één reden te noemen, maar er is wel een
aantal factoren te noemen die een grote rol speelt.’ Zo is er de intensivering van het werk.
‘Mensen worden steeds meer geacht met hun hart en hoofd te werken in plaats van met hun
handen. Daardoor is uitputting van de hersenen steeds meer voorkomend.’
Ook de verwachting van werknemers speelt een rol bij dit stijgende aantal mensen dat met
psychische klachten thuis zit. ‘Mensen willen niet alleen een goed salaris, maar ook interessant
en uitdagend werk. Ook baanonzekerheid brengt stress met zich mee.’
Tel daarbij de verruiming van het ziektebegrip op, en je hebt volgens Schaufeli een goede
cocktail om het oplopende aantal burn-outs te verklaren. ‘Stel: iemand komt te overlijden door
een hartaanval. Vroeger werd dat gezien als een lichamelijke klacht, maar nu wordt steeds vaker
onderzocht waar die hartaanval door ontstaan is. Dat kan bijvoorbeeld door stress of andere
psychische klachten zijn.’ Ook het benoemen van psychische klachten is veranderd. ‘Vroeger had
nog nooit iemand gehoord van ADHD en was depressie nog niet volksziekte nummer 1. Mensen
trekken sneller aan de bel.’
Herkennen
Managers zouden volgens Schaufeli die bel beschikbaar moeten stellen. ‘Er moet een open
cultuur op kantoor bestaan waarin werknemers zich vrij voelen om werkdruk, vervelende
collega’s of zaken in de privésfeer spelen en invloed hebben op hun functioneren bespreekbaar
te maken.’
Vooral laatstgenoemde factor ligt vaak ten grondslag aan een burn-out. ‘Veel mensen die
uiteindelijk op de bank bij de bedrijfsarts eindigen, hebben naast hun werk en de druk die daarbij
komt kijken nog allerlei problemen in de privésfeer. Het is belangrijk dat daar oog voor is op de
werkvloer: je huurt een werknemer allang niet meer alleen in tijdens kantooruren, mensen
nemen hun problemen mee naar werk.’
Aan de manager de taak om deze problemen te herkennen. ‘Het gaat om contact met mensen.
Als manager moet je niet alleen af en toe vragen hoe het met je werknemers gaat, maar ook zelf
initiatief nemen om het standaard antwoord dat het goed gaat te doorzien.’ Het klinkt allemaal
heel makkelijk, maar werknemers gaan niet vaak als eerste naar hun manager om dit soort
klachten te melden. ‘Ze verbergen het juist vaak, omdat ze bang zijn om zwak over te komen of
problemen voor de manager op te leveren.’
Individueel
Het gaat volgens Schaufeli voor een groot deel over goed werkgeverschap. ‘Uit onderzoek blijkt
dat hoge werkdruk, onduidelijkheid over rolverdeling en conflicten factoren zijn die een burn-out
kunnen veroorzaken. Dit zijn zaken die allemaal voorkomen kunnen worden door mensen
bijvoorbeeld zelf hun werktijden in te laten plannen en inspraak te geven in werkprocessen.’
Een medewerkersonderzoek is een goed moment om te peilen hoe werknemers tegen dit soort
zaken aankijken. ‘Het wordt anoniem ingevuld, maar als meerdere mensen aangeven dat de
werkdruk te hoog is, is dat een teken dat er iets mis is.’ Volgens Schaufeli wordt een burn-out
nog te vaak benaderd als een individueel probleem. ‘Dat is het makkelijkst, want dan hoef je er
als bedrijf niets aan te veranderen.’
Toch is dit vaak niet de oplossing die een manager op de lange termijn voor ogen zou moeten
hebben. ‘De aanleiding van een burn-out kan wel individueel zijn, maar de oorzaak ligt vaak op
werkniveau. Een individuele oplossing voor degene die thuis zit, is dan niet wat je zou moeten
willen als manager.’

‘Perfectionisme is de rode loper naar een burn-out’

 

‘Perfectionisme is de rode loper naar een burn-out’

Perfectionisme staat haaks op efficiëntie en goed leiderschap. Het legt bovendien extra druk
op je collega’s en medewerkers.
Lig je ’s nachts wakker van je werk? Werk je harder en meer dan je collega’s? Is werk nooit echt
af omdat je het nog eens wilt checken en dubbelchecken? Dan ben je een perfectionist. En dat is
jammer, want perfectionisme staat haaks op efficiëntie en goed leiderschap.
Wie zich dreigt te verliezen in details raakt het overzicht kwijt, terwijl net die helikopter view
voor leidinggevenden zo belangrijk is. Perfectionisten hebben het ook moeilijk om beslissingen
te nemen, terwijl dat van een baas natuurlijk verwacht wordt.

Verantwoordelijkheid
Het is goed mogelijk dat je zelf niet beseft dat je aan perfectionisme lijdt, maar je collega’s en
medewerkers er wel degelijk last van hebben. ‘Het is heel typerend dat perfectionisten enkel
details zien en focussen op het negatieve’, licht perfectionisme-coach Marcel Hendrickx toe. ‘Ik
herinner me dat ik ooit een groot rapport moest opstellen en toen dat eindelijk klaar was, kreeg
ik een telefoontje van mijn baas: de formule op pagina 16 klopt niet. Voor hem maakte die ene
fout het hele rapport waardeloos.’ Dat is niet het soort leiderschap dat mensen vooruit helpt,
inspireert en tot betere teamprestaties leidt.
‘Jezelf te veel druk opleggen, harder werken dan je collega’s omdat enkel perfectie goed
genoeg is, geen nee kunnen zeggen omdat je een groot verantwoordelijkheidsgevoel hebt, en
blijven doorgaan, ook al zegt je lichaam dat je gas moet terugnemen, dat zijn allemaal
symptomen die elke perfectionist herkent. Perfectionisme is dan ook de rode loper naar een
burn-out’, aldus Hendrickx.

Help, een perfectionist in mijn team
‘Perfectionisten zijn te veel bezig met het beeld dat anderen van hen hebben. Ze zijn erg
onzeker, maar weten dat heel goed te verbergen, omdat ze dikwijls de hardste werkers van het
team zijn. Het zijn de medewerkers op wie je altijd kunt rekenen. Ze doen er dan ook alles aan
dat anderen hen goed vinden en willen niet zozeer de dingen perfect doen, maar zelf perfect
zijn.’Dat werkt uiteraard belemmerend. Perfectionisten doen het goed op werk, maar hebben veel
meer tijd nodig om iets af te leveren, omdat in hun ogen nooit iets volledig af is. ‘Wanneer je
merkt dat je met een perfectionist in je team zit, kun je die geruststellen door te zeggen dat
niemand perfectie verwacht en we daar ook de tijd en de middelen niet voor hebben. We kunnen
ons geen perfectie permitteren, 80 procent is meer dan goed genoeg’, adviseert Hendrickx. ‘Het
is helaas een patroon dat gestuurd wordt vanuit het onbewuste en is dus moeilijk op te lossen.’
‘Als leidinggevende kun je een voorbeeldrol op je nemen door binnen de werkuren zo goed als
alles gedaan te krijgen en op een aanvaardbaar tijdstip naar huis te gaan. Een open gesprek met
de perfectionist kan wonderen doen. Zeg hem dat die Excel er niet perfect uit hoeft te zien en
dat het je enkel om de cijfers gaat. Zeg dat je niet verwacht dat hij je ’s avonds en in het
weekend mailt en stel bijvoorbeeld voor dat hij zijn laptop in het weekend op kantoor laat.’

(Uit: MT.nl)

‘Té hard werken is niet de boosdoener’

 

Burn-out? Té hard werken is niet de boosdoener

Een hoge werkdruk is niet per se de oorzaak van een burn-out. ‘Een gebrek aan
bevlogenheid is de grote boosdoener’, zegt Wilmar Schaufeli, organisatiepsycholoog
aan de Universiteit Utrecht.
Bevlogen mensen werken hard, bruisen van de energie, zijn betrokken en productiever.
Bedrijven met bevlogen medewerkers presteren op een aantal gebieden beduidend beter,
blijkt uit onderzoek (http://www.gallup.com/services/191489/q12-meta-analysis-report-
2016.aspx) van Gallup. Zo ligt de klantloyaliteit tien procent hoger, zijn ze ruim twintig
procent winstgevender en ligt het ziekteverzuim veertig procent lager.
Hard werken hoort erbij
Willen we de prestaties verbeteren, dan hebben we de neiging om te focussen op het
wegnemen van de werkdruk. ‘Dat is helemaal niet zo effectief’, zegt Schaufeli. ‘Je voelt je
hooguit wat minder gestrest, maar van het verminderen van de werkdruk raakt niemand
bevlogen. Bovendien hebben we vaak niet zoveel invloed op de werkdruk. Hard werken
hoort er in veel banen simpelweg bij.’ En dat hoeft helemaal niet zo erg te zijn: ‘Zijn we
bevlogen, dan kunnen we een hoge werkdruk prima aan.’
Ap Dijksterhuis, psycholoog aan de Radboud Universiteit Nijmegen, beaamt dat wat
drukte geen kwaad kan: ‘Einstein zei dat je het leven kan vergelijken met 􀁹etsen. Je moet
de vaart erin houden, anders val je om. Het probleem ligt vooral in het feit dat we het
gevoel hebben dat we té veel moeten doen.’ Schaufeli: ‘Pas op het moment dat het werk
emotioneel belastend is en we aan allerlei verwachtingen van klanten en collega’s moeten
voldoen, voelen we ons gestrest, zijn we minder productief en lopen we het risico op een
burn-out.’
Focus op de positiviteit
Op de werkvloer zouden we ons daarom moeten richten op de positieve kant; het
aanboren van de juiste energiebronnen. ‘Dat is een tweesnijdend zwaard’, zegt Schaufeli.
‘Enerzijds vermindert de stress, anderzijds neemt de bevlogenheid toe. En bevlogen
medewerkers zitten boordevol energie, zijn trots op hun werk en gaan volledig op in hun
Hét perfecte recept tegen een burn-out.’

Energiebronnen
Wil je een team of organisatie van bevlogen medewerkers, dan moet je als leidinggevende
dus voldoende energiebronnen ter beschikking stellen en mensen in hun kracht zetten.
‘Sociale steun, feedback, een duidelijke toekomstvisie en een goed carrièreperspectief: dat
zijn de belangrijkste knoppen waar je aan moet draaien.’
Managers moeten versterkend zijn, talenten aanboren en medewerkers in hun kracht
zetten. Dat vergt tijd en aandacht. ‘Achterhaal wat medewerkers nodig hebben om hun
werk goed te kunnen doen’, zegt Schaufeli. ‘Functioneringsgesprekken zijn bijvoorbeeld
het uitgelezen moment om te achterhalen waar medewerkers behoefte aan hebben. Geef
daarin ook positieve feedback, daar krijgen medewerkers goede energie van.’

Autonomie
Daarnaast is het belangrijk om een goed teamklimaat te creëren en medewerkers met
elkaar te verbinden. Iedere medewerker moet een betekenisvolle bijdrage kunnen leveren
aan het geheel. Geef ze een stem en de mogelijkheid om zelfstandig en autonoom hun
werk te doen.’ Ook Dijksterhuis pleit voor autonomie: ‘In de huidige tijd hebben we soms
het idee dat we worden geleefd. Medewerkers zijn gelukkig als ze het gevoel hebben dat
ze veel eigen verantwoordelijk krijgen.’

Tot slot komt het de organisatie ten goede als de leidinggevende ook bevlogen is. ‘Ben jij
als manager zelf bevlogen, toegewijd en energiek dan heeft dat een positieve invloed: een
bevlogen manager maakt een bevlogen team’, aldus Schaufeli.

(Uit: MT.nl)

We geven ons brein te weinig hersteltijd

Burn-out herkennen en voorkomen: ‘We geven ons brein te weinig hersteltijd’

Hard werken geeft voldoening en om scherp te zijn heb je stresshormonen nodig. Maar
neem je te weinig gas terug dan krijgt het brein geen hersteltijd. Het gevolg: een burnout.
Hoe herken je een burn-out en wat kun je doen om het te voorkomen?

Het aantal mensen met een burn-out blijft stijgen en ook de duur is verdubbeld: duurde
een burn-out in de jaren negentig nog 120 tot 180 dagen, nu zijn mensen gemiddeld 242
dagen uit de running. Het prijskaartje dat aan een burn-out hangt: 60.000 euro.
Extra belasting
Het is de afgelopen jaren dan ook niet rustiger geworden op de werkvloer. ‘Privé en werk
zijn moeilijker van elkaar te scheiden. We zijn beter bereikbaar voor onze collega’s en de
drempel om ’s avonds ‘nog even een halfuurtje’ iets te doen is lager geworden’, zegt
Carien Karsten, psychotherapeut en auteur van onder meer Uit je burn-out, een 30 dagen
programma. ‘Zo belasten we onszelf extra, zonder dat we het ons realiseren.’ Het gevaar
dat daarin schuilt: ‘Het brein kan niet afschakelen omdat we onszelf te weinig hersteltijd
geven. Een logisch gevolg is dat het aantal mensen met een burn-out stijgt.’
En eigenlijk vinden we een beetje stress ook wel lekker. ‘Stress is niet per se verkeerd,
om scherp te zijn hebben we namelijk stresshormonen nodig. Het biedt uitdaging, geeft
energie en we presteren er beter door. Hard werken geeft voldoening, maar nemen we te
weinig gas terug dan helpen we ons stresssysteem om zeep. Het is essentieel om
hersteltijd te nemen, te pauzeren en regelmatig een ommetje te maken. Doe je dat niet,
dan gaat op een gegeven moment het licht uit.’

Werklustige types
Volgens organisatiepsycholoog Wilmar Schaufeli is hard werken niet de oorzaak van een
burn-out. Een gebrek aan bevlogenheid zou volgens hem de grote boosdoener zijn. Maar
volgens Karsten krijgen juist de werklustige types, die het liefst negeren dat ze het
rustiger aan moeten doen, vaker een burn-out. ‘Bevlogenheid in het werk is uiteraard
rustiger aan moeten doen, vaker een burn-out. ‘Bevlogenheid in het werk is uiteraard
ontzettend belangrijk, maar ook bevlogen mensen krijgen een burn-out. Geef je jezelf niet
genoeg hersteltijd dan gaat het beloningscentrum minder functioneren. Het werk geeft
minder voldoening en op den duur raak je ook die bevlogenheid kwijt. Je gaat je incapabel,
minder creatief en opgebrand voelen. De motivatie verdwijnt volledig.’
Dat komt door hormonen. De stresshormonen adrenaline en cortisol zijn onze
belangrijkste stresshormonen. Als je continu alert blijft, is je adrenalineniveau blijvend
verhoogd en maak je meer cortisol aan. Cortisol heeft mede als functie de adrenalineaanmaak
te remmen, teveel adrenaline beschadigt de organen. Normaal daalt de
cortisolproductie overdag, zodat je ook ’s nachts goed kunt slapen. Maar een hoge
adrenalineproductie houdt ook dit hormoon hoog. De ontregeling van dit hormonale
stress-systeem is een belangrijke oorzaak van burn-out. Het brein maakt geen
onderscheid of je te hard werkt vanuit bevlogenheid af vanuit angst om je baan te
verliezen. Als je niet voldoende herstelt, zijn in beide gevallen de stresshormonen
ontregeld en ben je kwetsbaar voor burn-out.

Signalen van een burn-out
Wil je een burn-out herkennen? De eerste signalen van een burn-out zijn: met weerstand
naar het werk gaan, minder makkelijk afspraken maken en slecht slapen. Dat laatste komt
door het stresshormoon cortisol. Daarnaast ben je sneller ziek en maak je meer ruzie, uit
zelfbescherming. In de volgende fase word je minder productief, vergeetachtig en kun je
je moeilijk concentreren. In de laatste fase ga je over het randje. Dat gaat gepaard met
forse klachten als paniekaanvallen, pijn op de borst, gewrichtsklachten en verminderd
zicht. Tussen de eerste en de laatste signalen kan wel vijf a zes jaar verstrijken.

Burn-out aanpakken
Beland je in een burn-out, dan is het zaak om op zoek te gaan naar nieuwe dingen waar je
energie van krijgt. Om dat te kunnen ontdekken moet je wel lekker in je vel zitten. ‘In een
burn-out is het erg lastig onderzoeken waar je gelukkig van wordt, alles kost energie. Rag
– bij wijze van spreken – eerst de spinnenwebben weg, voordat je de zolder een kleur
geeft’, zei leiderschapsexpert Remco Claassen in een eerder interview.
Daarnaast heb je verschillende soorten stresshormonen. ‘De een zit hoog in de cortisol,
de ander in de adrenaline. Dat vereist vaak ook een andere burn-out aanpak. Hoewel vaak
wordt aangeraden om 􀁺ink te gaan sporten, heeft dat bij iemand met veel cortisol juist
een averechts effect. Deze types moeten bijvoorbeeld nooit gaan hardlopen, maar juist
aan een sport als yoga doen. Bij iemand met veel adrenaline werkt intensief sporten
daarentegen erg goed’, aldus Karsten.

Krijg je te maken met een burn-out, dan is het volgens Karsten belangrijk om de volgende
stappen te zetten:
#1 Analyseren
Waarom krijg je juist nu een burn-out? De overbelasting was er waarschijnlijk al heel
lang. Wat is de trigger? Het is hierbij belangrijk om zowel het werkende, als het
privéleven te analyseren.
#2 Fysieke conditie
Lichaam en brein moeten herstellen. Daarom is het zaak om weer een goed functionerend
inspannings- en ontspanningssysteem te krijgen. Ga op zoek naar ontspanning en dingen
die energie geven.
#3 Rationele gedachtes terugkrijgen
Mensen met een burn-out voelen zich waardeloos. Het is belangrijk in te zien dat dit
nergens voor nodig is. Mindfulness kan helpen om de gedachten te verplaatsen en alles
op een rijtje te zetten. Een half uurtje in de ochtend maakt dat je de dag rustiger begint.
Maar let op, met mindfulness bestrijd je niet de oorzaak.
#4 Oriënteren op re-integratie
Wat is er nodig om het werk te kunnen herpakken? Hier kan je mee aan de slag als je
weer beter voor jezelf kan zorgen. In deze fase is zingeving ook erg belangrijk: wat geeft
het leven zin? Haal je voldoening uit deze baan of moet je toch voor een ander pad
kiezen?
#5 Stabiliseren
Ben je gere-integreerd dan moet je nog twee jaar lang op jezelf blijven letten. Het
terugvalrisico is heel groot.

(Uit: MT.nl)

  • 1
  • 2